Het was de nacht van maandag op dinsdag jongstleden dat ik ineens de gedachte ontving ‘maar wat nou als dat haatfilmpje over Sylvana Simons bij die politieke partij waar ze in zit zélf vandaan komt’. Ik schrok ervan. Dat kan toch niet zoiets. En voordat ik het wist tikte ik het op twitter. En wiste het weer. En tikte het opnieuw. En wiste het. En tikte het opnieuw. En drukte op ‘post’.
Ik dacht nog ‘ach het is midden in de nacht, ik ben van die enge gedachte af en nu kan ik met een gerust hart gaan slapen’. Denkend ‘dat wat me in een serie als House of Cards wordt voorgespiegeld is toneel. Die debatten tussen Trump en Hillary waren voor de show. En dat ik Mark Rutte totaal niet serieus neem als ik hem op TV zie zeggen ‘ik krijg het voor elkaar’, met een mooie romantische filter eroverheen dat moet ik ook maar met een korreltje zout nemen. Politiek is echt, geen schaakspel op het bord genaamd de media. Ik moet eens ophouden met doemdenken dat wat ze ons voorschotelen heel iets anders is dan wat er achter het gordijn gebeurt. Dat cynisme van mij over politici is onnodig’.
Toch planten al die dingen, waaronder ook de Netflix serie Black Mirror, een zaadje in je brein. Neem niet alles voor waar aan. Durf te twijfelen. Niets is wat het lijkt. En zo geschiedde. De tweet werd geretweet, door sommigen serieus genomen, anderen vonden het bespottelijk. Powned noemde het aandachttrekkerij en Sylvana reageerde op haar manier erop aan tafel bij Pauw.
Het fenomeen racisme is weer helemaal in. Mensen verzetten zich ertegen en andere mensen maken er op hun beurt gretig gebruik van. Het lijkt potdomme wel een hype. Hoe kan het dan dat het voor mij een loze kreet is waar ik me helemaal niets bij voor kan stellen? Komt het omdat ik zelf een te dikke blanke man ben die genoeg kansen krijgt in zijn leven en zich dus niet kan verplaatsen in iemand die met de nek wordt aangekeken omdat hij toevallig een ander kleurtje heeft of wel een volle bos krullen in vergelijking met dat armzalige hoopje haar wat ik nog over heb op mijn twee-en-veertigste?

Misschien komt het wel omdat ik mijzelf, met al mijn gebreken en rariteiten, volledig accepteer. En ik dus de ander ook zie als dik in orde. En me dus ook niet stoor aan verwensingen die me dankzij deze nachtelijke tweet om de oren vliegen. Dikke papzak. Uitgebluste deejay. Onderontwikkelde Neanderthaler. Het zijn allemaal maar kreten die me niks doen. Omdat ik niet in die termen over mijzelf denk. En mezelf ook niet definieer aan de hand van wat anderen van me zeggen of vinden.
Daarom twitterde ik een aantal dagen geleden al aan Mevrouw Simons dat het juist discriminatie in de hand werkt, je zo verzetten tegen wat er naar je hoofd gegooid wordt. Denk terug aan vroeger op het schoolplein, diegene die geplaagd werd en erop reageerde werd juist meer gepest, diegene die zelf het hardst mee lachte, daar was al gauw de lol vanaf.
Dáár zit dan ook volgens mij het probleem. Het werd mooi verwoord door een vrolijke Turkse jongen in de meest recente aflevering van VPRO’s Tegenlicht. Hij zei ‘je bent in de minderheid in Nederland. Dus moet je opletten dat je jezelf niet ook als minderwaardig gaat zien’. Spijker op de kop. Je hoort erbij. Je bent niet minder omdat je toevallig van couscous houdt ipv spruitjes. Definieer jezelf niet als slachtoffer van wat-dan-ook. Onnodig. Nou dan photoshoppen ze je hoofd op YouTube. Geef de makers geen aandacht en de lol is er al heel gauw af.
Dat de vluchtelingenstroom naar Europa voer voor discriminatie is valt dan ook weer vanuit evolutionair oogpunt te verklaren. Een gedeelte van ons brein, ons overlevingssysteem, is bang om iets tekort te komen. Bovendien telt Nederland, net als Amerika, een hoop ontevreden mensen. En wie zelf ontevreden is, wijst al gauw met het vingertje naar de (gekleurde) buurman. Want die pikt onze banen en huizen in. En is gevaarlijk want gedraagt zich anders. Enzovoorts enzovoorts, je kent alle uitgekauwde oneliners wel. Maar ze worden niet voor niets geuit. Ze komen vanuit een oergevoel.
Stel de mensen die dit roepen gerust! Ga niet hun angsten zitten weg te wuiven onder het parapluutje ‘racisme’ of ‘rechts gelul’. Ga met ze in gesprek en heb begrip voor hun angst. Organiseer desnoods een popfestival waar jong én oud, dik én dun, blank en gekleurd samen feest vieren. En dan bedoel ik niet het blanke bolwerk genaamd PinkPop waar rap uit den boze is en het toch vooral blanke pop/rock is wat de klok slaat. Oh shit daar trek ik zelf de racisme kaart.
Over rap gesproken: blanke rappers, dat vind ik nou geen gezicht. En geen gehoor. Op Eminem na dan misschien, in zijn beginjaren. Doe mij een lekker swingende Pharell. Discriminatie? Nee hoor, gewoon smaak en voorkeur. Niks mis mee. De een is nou eenmaal beter in ritmisch praten over een beat dan de ander. Niks racisme. Je moet mij ook niet laten basketballen. Het grappige vind ik dan ook dat in sport, met name voetbal, het ineens geen probleem is als die gekleurde speler de bal erin schopt. We juichen met z’n allen. Want hij hoort bij het team. Totale gelijkwaardigheid, geen onderscheid.

Waar ik grote vraagtekens bij zet is de strijd TEGEN discriminatie. ‘What you resist persists. What you embrace dissolves.’ (Carl Gustav Jung). Waar je je tegen verzet groeit. Wat je omarmt lost op. Dit geldt voor oude, beperkende overtuigingen in onszelf maar zeker ook oude problematiek als discriminatie en racisme. We willen het weg hebben. Maar hoe harder we er tegen strijden, hoe meer het aan de oppervlakte komt en concreter het wordt. We houden het zelf in leven, door waar het kan het journaal te openen met wereldnieuws als ‘er hebben 30 mensen ergens TEGEN zwarte piet gedemonstreerd’. Nou en. Laat me beelden zien van de hossende blije menigte. Klop die zaak toch niet zo op.
384 jaar voor Christus was er trouwens nog een andere wijsgeer die zei ‘wat je aandacht geeft groeit’. De Griekse filosoof Aristoteles gaf zijn goede adviezen zomaar gratis weg. Geef die aandacht dan eens aan wat er wél goed gaat tussen gekleurde man en blanke vrouw, of vice versa. Een verademing zijn de sporadische stukjes TV (meestal in documentairevorm) waarin je een heerlijk voorbeeld krijgt voorgeschoteld van saamhorigheid, tussen mensen van allerlei pluimage.
Zendt desnoods iedere week de Franse prachtfilm Intouchables uit, die zo ontroert omdat ons de complete gelijkwaardigheid wordt getoond tussen een kansarme, ploeterende gekleurde jongeman en een rijke, gehandicapte witte man. De een houdt van Earth, Wind & Fire, de ander van klassieke muziek. Maar wat een vriendschap. Wat leren en genieten ze van elkaar.
Wat zouden we dan nog meer moeten doen, Professor PK? Het probleem bij de kern aanpakken. Ons hard maken VOOR gelijkwaardigheid. En de ontevredenheid onder de mensen proberen om te zetten naar tevredenheid. Door bijvoorbeeld eens te gaan luisteren wat ze écht nodig hebben. En op TV meer voorbeelden te laten zien van hoe een mix van iedere huidskleur en afkomst het samen heel leuk hebben. En dan niet alleen in de Eredivisie.
Chapeaux aan RTL4 dat ze Humberto Tan als presentator van de late night een kans hebben gegeven. Toegegeven, ik kan hem soms een beetje moeilijk verstaan, maar dan zet ik de ondertiteling wel aan. Zijn vervanger Peter van der Vorst versta ik beter. Iets met accent. Geen racisme!
We hebben misschien te vroeg gejuicht toen Obama acht jaar geleden President van Amerika werd. We dachten ‘nu is ongelijkheid de wereld uit’. We houden ‘m zelf in stand door er de godganse dag over te discussiëren. Een kind kent geen verschil tussen zichzelf en een ander kind. Totdat we het hem of haar gaan vertellen. Zouden we dan niet eens wat kritischer moeten zijn welke voorbeelden we ze uit de geschiedenis voorschotelen? Dat was toen, dit is nu. Niks ongelijkwaardigheid. We weten nu beter en hoeven niet steeds de fouten te herkauwen die er ooit zijn gemaakt. Het mag nu wel duidelijk zijn dat dat averechts werkt.
Als er al iets is wat we eens kritisch tegen het licht moeten houden is het de bron van alle verdeeldheid en ongelijkheid op de wereld: het kapitalisme. Dat systeem waarbij ik net wat rijker probeer te worden dan jij. Of waarbij ik jou kan inzetten om mezelf te verrijken. Het wordt niet voor niets het ‘minst slechte systeem’ genoemd. Het heeft zijn beste tijd gehad. En onderzoek je eigen beperkende overtuigingen. Daar begint de ellende. Je ziet de wereld zoals je jezelf ziet. Is Sylvana wel helemaal in het reine met zichzelf of loopt ze rond met onverwerkt verdriet uit het verleden, getriggerd door gebeurtenissen nu?
Of.. realiseert ze zich dat ze een prachtige, gekleurde vrouw is met een heerlijk bos kroeshaar en een perfecte smaak voor soulmuziek? Ik wel hoor. Kijk maar:
